donderdag 4 juli 2024




Het is hier stil. 

Onze fiets-beweging is gaan liggen. 

En nu?

Ja - we zouden gewoon gaan zien. 

Uitwaaien, zwemmen, kijken wat de eilandwind brengt?


We komen aan op de boerderij-camping en zoeken naar de boer. 

Zij gaat hem zoeken. 

Net als ons is ze hier ook te gast, maar ze kent de boer, ze komt hem namelijk helpen.

Zelf heeft ze ook een melkvee-bedrijf en tegelijkertijd is ze zzp’er. Ze heeft een passie om te boeren en wil haar kennis en ervaring graag delen met anderen. Deze boer had een oproepje geplaatst. Schiermonnikoog, leuk, dacht ze.


Oh wat fijn! Dat haar passie en het leven zo samenkomen in de beweging van het ontdekken van deze nieuwe plek. Dat wens ik ook!


Ze vraagt naar wat voor werk ik doe. 

Tja, - op dit moment trekken we rond en werken we dus niet. 

Vorig jaar werkte ik in een groente-en-fruit-winkel. En daarnaast deed ik soms uitzendbaantjes. Die uitzendbaantjes brachten veel leven in de brouwerij. Hoe is het om parkeerwacht te zijn? Wel, dat kan je dus gewoon in één dag ervaren. Je komt op een nieuwe plek, je ontmoet mensen en de parkeerwacht-wereld verschijnt aan je. Pizza’s bezorgen was een ware les in het loslaten van stress over tijd en achter de kassa bij de Wibra tijdens de kerstperiode herinner ik een hoop kerstboompjes, sterretjes en slingertjes.  

De routine van mijn vaste bijbaantje die tijd bracht rust en zekerheid. 

Al doende leerde ik de codes die je moest intoetsen voor het afrekenen van de  verschillende soorten groente en fruit. 301 aardbeien, 500 avocado, … Tot zover- de Kanzi, PinkLady, komkommer of de sappige Salustiana-cijfers zijn mijn korte-termijn-geheugen alweer uitgevlogen. 

De routine van de twee dagen in de week werken liet ook de routine van de winkeliers zien. Mevrouw Soepgroente kwam altijd een aantal zakjes gesneden soepgroente kopen. Mevrouw Kriel nam elke keer, als ik me nu niet vergis, 750 gram, kriel mee. Dan had je nog Mevrouw Macaroni-groente, nou dat spreekt ook voor zich. Mevrouw, ‘groot bakje tonijn, klein bakje crispy salade.’ En zo waren er nog een paar. 

Naast het verkopen, maakten we ook salades en sneden we groente voor. 

In het keukentje achter stond de radio altijd aan. We zongen mee. We sneden de groente, wogen het af en stopten het in zakjes. We pauzeerden en ons linkeroog keek naar het tv-schermpje waar we de winkel konden zien. ‘Eerste’ ‘Tweede’ en de laatste mocht naar de klant toe huppelen. Soms was er niks te doen. Ja, hoe ga je daarmee om als werknemer? Je wordt namelijk wel betaald. 

Soms werd er schoongemaakt, ondanks dat het eigenlijk nog wel even kon wachten. Soms werd er thee gedronken. 


De routine in het werk zag ik als uitdaging om in het Nu te zijn. Een uitdaging om mijn blik fris en schoon te houden en gewaar te zijn van dit lichaam- open te blijven staan voor wat zich aandient, al leek dat soms op herhaling te staan. 


Het was een fijne tijd. Wel, als ik mij nu weer settle zou ik graag een andere uitdaging aan gaan. Op een andere manier geld verdienen. Iets doen waar echt mijn passie ligt? Wil ik iets nieuws leren? Germaanse Geneeskunde, permacultuur of de Taal zonder Woorden? 

Mm ja, de Taal zonder Woorden- vol gevoel, van verwondering, weltevree, waarlijke ogen - de taal die ook gewoon hier is.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten